14:30 - 16:00SPRONG Educatief: sleutelfactoren voor lerende netwerken
Voorzitter(s): Linda Sontag (NWO - NRO)
Samenwerking tussen leraren kan een substantiële impact op hun professionele ontwikkeling hebben en daarmee op de kwaliteit van het onderwijs (Stoll et al., 2006). Een meta-analyse van Lomos et al. (2011) laat zien dat een leergemeenschap binnen de schoolomgeving de leerprestaties van leerlingen significant kan verbeteren. In het verlengde hiervan is er evidentie gevonden voor een toename van de betrokkenheid bij het eigen werk wanneerdocenten samenwerken in een leergemeenschap (Lai & McNaughton, 2016). In toenemende mate is er dan ook sprake van het streven naar het structureel verbinden van professionele leergemeenschappen in netwerken (Poortman & Brown, 2018). In netwerken kunnen verschillende actoren samenwerken om te komen tot systematische verbetering van het onderwijs. Poortman en Brown (2018, p.1) definiëren professionele leernetwerken als ‘..any group who engage in collaborative learning with others outside of their everyday community of practice, in order to improve teaching and learning in their school(s) and/or the school system more widely’.
NRO en SIA zijn in 2019 het programma SPRONG Educatief gestart dat streeft naar meer impact van praktijkgericht onderwijsonderzoek. Vier consortia zijn in januari 2020 van start gegaan. Dit jaar is daar één consortium aan toegevoegd. Ieder consortium geeft op eigen-wijze invulling aan het werken in netwerken. Dit gebeurt evidence-geïnformeerd en onderling wordt van elkaar geleerd. Tijdens de afgelopen SPRONG-werkconferentie stonden acht sleutelfactoren voor netwerken centraal:
- Het netwerk heeft een gezamenlijke visie met heldere doelstellingen.
- Er is oog en aandacht voor autonomie, gezamenlijke verantwoordelijkheid en flexibiliteit.
- Alle actoren zijn zich bewust van de eigen rol in het netwerk en bijdragen eraan.
- Het netwerk is toegankelijk en er is een goede balans tussen inzet en opbrengsten.
- Samenwerking met andere initiatieven vindt plaats op basis van gezamenlijke doelen en belangen.
- Het netwerk heeft een systematiek voor kwaliteitscontrole en de versterking van het netwerk.
- Verschillende praktijken en typen kennis worden bijeengebracht en geïntegreerd.
- Actoren op verschillende niveaus committeren zich voor lange termijn aan het netwerk.
Deze acht factoren die worden aangemerkt als essentiële kenmerken van professionele leernetwerken, zijn voortgekomen uit een analyse en vergelijking van de literatuur (zie bijv. Prenger, Poortman, & Handelzalts, 2020; Doğan & Adams, 2018). De wijzen waarop ze onderzocht zijn, zijn echter nogal uiteenlopend (zie Prenger, Poortman, & Handelzalts, 2020). Het is ook nog verre van duidelijk op welke manieren deze kenmerken bewerkstelligd kunnen worden. In dit symposium wordt ingegaan op deze sleutelfactoren en wat we daarover kunnen leren in de netwerken van de verschillende SPRONG-initiatieven.
Lezingen van het symposium
Ervaringen met het samenwerken in multidisciplinaire ontwikkelteams
Symen van der Zee1, Quinta Kools2, Pierre Gorissen3, Anne Kerkhoff2
1Saxion, 2Fontys, 3HAN
Professionele Leergemeenschappen, Designteams, Onderwijslabs, Leergroepen.. Het zijn zomaar een paar voorbeelden van manieren waarop docenten, studenten, lerarenopleiders, onderzoekers en experts samenwerken rond uiteenlopende praktijkgerichte onderwijsvraagstukken. Wat hebben ze met elkaar gemeen, wat zijn hun sterke punten en waar moet je aan denken als je ermee aan de slag wilt? De consortia praten je tijdens deze sessie bij over hun ervaringen en delen tools die ingezet kunnen worden om het werken in multidisciplinaire teams te bevorderen.
Referenties
geen referenties
Werken aan een gezamenlijke kennis- en onderzoeks-infrastructuur binnen netwerken van onderwijsorganisaties
Anne-Marieke van Loon1, Pierre Gorissen1, Marian van Popta2
1HAN, 2Hogeschool Utrecht
De SPRONG consortia hebben de ambitie om de gezamenlijke kennis- en onderzoeks-infrastructuur op hun thema te versterken.
Samenwerken binnen een netwerk kan alleen als deelnemers ook een gezamenlijk kenniskader hebben. Zeker als je als netwerk ook nieuwe kennis wilt opbouwen, bijvoorbeeld in de vorm van praktijkgericht onderzoek.
Hoe bouw je een gezamenlijke kennis- en onderzoeks-infrastructuur op, is het noodzakelijk om al een gemeenschappelijke visie te hebben bij aanvang van een samenwerking, hoe pakken de verschillende consortia dit aan? En wat betekent dit voor de bijdrage van de onderzoekspartners aan het netwerk en hun rol bij de versterking van de kennisinfrastructuur? Hoe werk je aan de ontsluiting van praktijkgerichte kennisproducten, een gezamenlijke onderzoeksagenda en verbinding van expertises? Op basis van ervaringen en eerste opbrengsten van het SPRONG-consortium iXpact zal hier nader op worden ingegaan.
Referenties
geen referenties
SPRONG Educatief na 2 jaar, welke lessen hebben we geleerd?
Symen van der Zee1, Quinta Kools2, Pierre Gorissen3, Maaike Hajer4, Ingrid Paalman-Dijkenga5
1Saxion, 2Fontys, 3HAN, 4Hogeschool Utrecht, 5Radiant
De consortia blikken terug op de eerste twee jaar SPRONG Educatief. Welke sleutelfactoren bleken belangrijk, welke lessen hebben ze geleerd, welke dilemma’s kwamen ze tegen en welk advies kunnen ze onderwijsinstellingen geven die structurele verbinding van regionale en nationale samenwerkingsverbanden op een thema binnen het praktijkgerichte onderwijsonderzoek tot stand willen brengen?
Referenties
geen referenties